Genetische laboratoriumtechnieken

2011 januari examen

Vraag 1: tryptofaan operon

  • Waarvoor dienen de aangeduide boxen?
  • Geef consensus sequenties van de promoters en door wat worden deze herkend/gebonden en hoe gebeurt de transcriptie initiatie?
  • Is er positieve/negatieve controle en leg uit bij dit operon
  • Is het rho-afhankelijk of niet? En leg attenuatie uit?

Vraag 2: Genomische Bank

  • Wat is een genomische bank?
  • Er wordt gebruik gemaakt van lambda faag vetoren. Waarom?
  • bespreek de manier van klonering.
  • Hoe worden genomische inserten verkregen
  • Geef één manier waarop je homologe prob intern kunt labelen gebruik makend van biotine-gelabeld nucleotide.
  • Hoe kun je biotine signaal detecteren en amplificeren?

Vraag 3: Miniprep-methode

  • Leg uit hoe/waar de componenten specifiek werken: EDTA, lysozyme, NaOH, SDS en KAc
  • Geef aan op welke manieren DNA kwalitatief en kwantitatief geanalyseerd kunnen worden

2012 juni examen

Examen 1

Vraag 1: Replicatie bij prokaryoten uitleggen en hierbij de structuur en functie van de DNA polymerasen verduidelijken.

Vraag 2: pBR322 vector

  • Vector tekenen + alles benoemen.
  • Principe uitleggen voor kloningsvectoren en screening.

Vraag 3: RFLP

  • Waarvoor staat RFLP?
  • Hybridisatietechniek uitleggen: blotting.
  • Soort labeling die kan gebruikt worden voor digoxigenine + tekening.
  • Detectie uitleggen voor digoxigenine.

 

Examen 2

Vraag 1:

  • Geef de fysicochemische eigenschappen van DNA aan de hand van (5)grafieken.

Leg elke grafiek ook uit + duid elke x/y as aan

  • Wat is PCR?
  • Geef 3 eigenschappen van een PCR primer
  • Leg uit : Ta
  • Hoe gebeurt PCR(geef grafiek + de 3 fasen uitleggen)
  • Leg Hot plat PCR uit + voorbeeld

Vraag 2:

transcriptie bij prokaryoten:

  • Leg initiatie uit + welke sequenties zijn belangrijk hier
  • Leg elongatie uit(a.d.h.v. figuur die je ook moet bijvullen(transcriptieblaas))
  • Leg rho onafhankelijke terminatie uit

Vraag 3: (wist ik ni zo goed meer)

  • er is een gel gegeven met 4 gellanen
  • Leg uit hoe we dit bekomen?
  • Hoe gebeurt de detectie
  • Geef de uiteindelijke sequentie
  • wat voor labeling?

2016 juni examen

1) Leg uit 3 begrippen. vb. pLACI
2) Leg uit hoe je op recombinanten screent, is dit een positieve of negatieve screening en waarom?
3) Een vraag over bloedstollingsziekte op Factor VIII. (zit op X-chromosoom)
   - Wat wordt bedoelt met Xq27 ?
   - Duidt aan op de 2de generatie wie er drager is, wie de ziekte heeft, wie volledig gezond is.
   - Geef fenotype en genotype van kind II.2 .
   - Welke probe werd gebruikt en duid aan op het gegeven intron.
   - Waarom is er bij kind II.3 een bredere band zichtbaar bij 0,9 kb?
   - Kan je een voorspelling geven of het ongeboren kind een jongen of een meisje is en is hij/zij ziek, gezond of drager.
4) Geef een tekening/schema van de OLA techniek.
5) Hoe gebeurt de visualisatie van DNA met SYBR Green I ?
6) Geef een tekening/schema van RT-PCR. (leg ook uit voor wat het staat)
7) Leg aan de hand van een grafiek en bijhorend schema uit of de patiëntenstalen homozygoot/heterozygoot zijn voor Cys of Arg op de bepaalde posities.
8) Vul aan op de tekening hoe de recombinatie van insert en vector gaat met basenparen met 2 verschillende restrictie-enzymen samen met een BAMI uiteinde.
   - Hoe kan dit insert opnieuw verwijderd worden?
   - Is dit een specifieke of niet specifieke klonering en leg uit.
   - Wat wordt bedoeld met recombinanten klonering?

Er zijn nog wel wat vragen maar algemeen zijn de grote vragen onderverdeelt in kleinere vragen.