2017 juni examen
12 juni 8u30
1. Wat is acid? Wat is het verband met NoSql?
2. Schrijf triggers voor integriteit op een schema
3. Schrijf een recursieve cte op dat schema
4. Wat zijn xml en json in verband met postgresql?
1 juni 8u30
1) mondeling: wat is referentiële integriteit leg uit, geef grondige voorbeelden.
2) maak een functie die als input een tabelnaam heeft en als output de kollomhoofden en datatype
bv: tabel(k1 text,k2 integer)
output:
k1 text
k2 integer
3) Wat is een dirty read ? Geef een voorbeeld hiervan met transaction. Maak ook een view met het gegeven voorbeeld waarbij alle geiten hun nummer en mogelijke aandoening getoond worden.
4) wat zijn de nadelen van ORDMS + geef telkens een voorbeeld.
1 juni namiddag
1) mondeling: uitleggen wat cartesisch product is + voorbeeldquery maken met inner join, en dan vroeg hij op het examen de volgorde van uitvoer van die query + hoeveel rijden er overbleven na de join met using + na de where
2) pc en mondeling: trigger schrijven voor een tabel "geit" en wanneer ge een geit toevoegt, moet ge voor de insert aan een zelfgemaakte tabel audit toevoegen wat de situatie was voor de insert + ook info naar die audit tabel zetten na de insert
3) schriftelijke query: van de geit tabel de stamboom geven van een geit met CTE
4) schriftelijk: 4 manieren om te beveiligen: staat in de pp's: was grant, view, stored procedures & roles