2013 januari examen (vroeger Menselijke biologie)
Vraag 1: medische terminologie: Verklaring van Latijnse woorden, de Latijnse benaming geven, tegenovergestelde geven. In totaal 10 woorden
Vraag 2 Prikkelgeleiding van het hart uitleggen
Vraag 3
Leg het transport uit van de chylcellen van de dunne darm naar de lever. Je krijgt 15 plaatsen (ductus hepaticus, linker ventrikel, rechter ventrikel, linker atrium, rechter atrium, v pulmonalis, a pulmonalis, v cava superior, v cava inferior, v porta, v hepaticus, atria, a hepaticus, chylvaten,...) Hiervan moet je 11 plaatsen gebruiken, je mag geen plaats twee keer gebruiken.
Vraag 4 Geef de basisbouw van het spijsverteringskanaal. (mucosa, submucosa, muscularis en serosa uitleggen bij het spijsverteringskanaal) Geef de bijzonderheden van de opbouw van de maag (waarin dat de maag afwijkt van deze basisopbouw) en de bijhorende functies
Vraag 5 tekening van een nier. Wat zie je op deze tekening? Duidt alle onderdelen op deze tekening aan. Wat vindt men in nummer... (nierbekken)
Vraag 6 Juist/fout (Giscorrectie, juist= +1, fout=-0,5, ik weet het niet=0)