2014 januari examen
Lector: Karolien Van den Bergh
Hoofdvraag: Het Golgi-apparaat
a) Teken + duid alle structuren aan
b) Geef de 3 functies
c) Geef de 3 bestemmingen van de eiwitten die vertrekken vanuit het Golgi-apparaat
d) Leg uit hoe het tRNA naar het membraan van de rER gaat om vervolgens naar het Golgi-apparaat te gaan
Bijvraag: rRNA
a) In welk celorganel wordt dit aangemaakt?
b) Hoe noemt het eiwit dat gebruikt wordt voor de synthese ervan?
c) In welke stap wordt het gemaakt? (benaming hiervan)
d) In welk eukaryoot celorganel bevindt het zich?
e) Komt dit ook voor bij de prokaryote cellen?
Bijvraag: chloroplasten en mitochondriën
a) Geef de 3 gemeenschappelijke functies
b) Geef de naam van de 2 processen die hier plaatsvinden
c) Geef de reactievergelijkingen van deze 2 processen
d) Geef de anaerobe reactievergelijking die zwavelbacteriën uitvoeren
Bijvraag: meerkeuzevragen
Bijvraag: je krijgt verschillende woorden
a) Wat? (functie en wat het is)
b) Waar? (waar in de cel bevindt het zich)