Skip to main content

2015 juni examen

lector: Roeckx


Vraag 1 (/6)

Geef de afkorting, structurele eenheid (van fenolformaldehyde niet), 1 toepassing en duid aan tot welke type polymeer (thermoplast, rubber of thermoharder) deze 3 polymeren behoren: polystyreen, isopreen en fenolformaldehyde


Vraag 2 (/6)

Geef de propagatiesnelheidsvergelijking van emulsiepolylerisatie, leg de 3 stadia uit en leg het verloop van de snelheid uit in de 3 stadia.


Vraag 3 (/8)

a) Geef de anionische ringopeningspolymerisattie van ... met KOH . De terminatie gebeurt in aanwezigheid van water.

b) Is dit een adittie- of condensatiepolymeer en leg uit waarom.


Vraag 4 (/8)

GPC

a) Definieer de begrippen Mw en Mn en geef de naam hiervaan.

b) Wat verlaat de kolom als eerste: hoogmoleculaire of laagmoleculaire polymeren en leg uit

c) Is de bekomen molecuulmassa relatieve of absoluut. Leg uit. Hoe kan men uit de bekomen meetwaarde de molecuulmassa bekomen?

d) Gaat het hier over een monodispers of polydispers polymeer als de PD = 1,7?


Vraag 5 (/10)

a) Geef de grafiek van amorfe en semi-kristallijne polymeren (specifiek volume en temperatuur) voor een polymeer dat traag afgekoeld wordt

b) Leg voor elk polymeer de veranderingen uit en vergelijk de 2 grafieken met elkaar

c) Geef 3 kenmerken van de glastoestand en de rubbertoestand

d) Als een PP-plaat uit de diepvriezer wordt gehaald en op de grond valt, breekt deze. Leg uit. Tg = -15°C en Tm = 170°C