2011 januari examen
- Gegeven: [ijzel] en [sneeuw] en beiden worden opgeteld of vermenigvuldigd in ebx of eax. Er wordt gevraagd telkens de inhoud van eax en ebx te geven.
- Assembler: Een invoerrecord bevat
- productnaam
- hoeveelheid (in liter)
- aandeel alcohol in ml/l
- een karakter B (bier) of W (wijn.)
- Er wordt gevraagd een uitvoerrecord te schrijven in assembler dat de hoeveelheid ALCOHOL in liter berekent van enkel de wijn.
- Bespreek DIMM
- Geef het schema van een hedendaagse chipset
- Een oefening met bevelenteller en bevelenregister (Hoofdstuk 2?)
- Welke parameters heeft ExitProcess nodig?
- Hoe weet de c.v.e dat het om een directe operand gaat, of om een adres na vertaling? Wat doet het vertaalprogramma? (anders geformuleerd)
- Verschil tussen PCI en PCI-E uitleggen.
- Een oefening waarbij een stuk asm code staat en 2 variabelen met hun inhoud(strings). op deze strings werd movsb en stosb gebruikt en dan moest je de inhoud van een variabele geven na de uitvoering van dat stuk code.
- Noem de verschillende wachttijden van een geheugen en geef ook het voordeel van bloktransfer(+tijdschema van deze wachttijden)
- Debiet berekenen van een harde schijf