Skip to main content

2012 juni examen (vroeger Biochemie)

 7 juni 2012

lector: Sara Moens

Mondeling

1. Gegeven molecule (hyaluronzuur) => Welk soort molecule is dit? Duid alle onderdelen aan (glc, glycosidische binding,..)

Bijvraag: waar in lichaam komt die voor? (extracellulaire matrix bindweefsel)

2. 1-stearo,2-linoleno,3-oleine => Teken de versch componenten, hoe bindingen gevormd worden en dan volledig molecule.

Bijvraag: hoge/lage smeltpunt? wrm?

Schriftelijk

1# Geg: tetrapeptide ser-cys-phe-gly => teken bouw, binding, volledig molec bij lage pH#

2# Tabel suikers: amylose, maltose, fructose => reducerend of niet, soort binding, bouwstenen

3# Teken dADP

4# Teken pyranose-vorm van galactose

5# Leg uit: oligomolecule #+vbn#, verzouting eiwit en VLDL#


07/06/2012

Lector : Sara Moens

Mondeling

1# Welk molecule is dit en benoem alle eenheden, bijvragen van haar zelf

=> Was een vet #

2# Teken een dinucleotide AC en benoem alle eenheden ervan#

Schriftelijk

3# Teken een tetrapeptide binden met Ala-Cys-Tyr-Gly, teken ook hoe de binding gebeurt

4# Teken cholesterol#

5# Teken iso-maltose#

6# Invuloefening van vetten# - Geef aantal dubbele bindingen - Geef aantal C-atomen - Geef plaats van dubbele bindingen#

Vetten waren : Palmitinezuur, stearinezuur, linolzuur

7# Gegeven structuren zeg of het een vet,suiker,eiwit,nucleïnezuur is# Zeg van welke soort het is + geef juiste naam#

8# Geef alle bouw elementen# => C H O N S P K Ca Na Mg Cl

9# Leg uit hoe een eiwit uitzout + grafiek#

10#Teken alle delen van glycoaminoglycanen + functie#


11 juni 2012

Mondeling

1# Welk soort molecule is dit #dinucleotide van het RNA type#? Duid al de onderdelen aan#

   Bijvraagjes: 
   -Verschil DNA/RNA?
   -Teken het ribose in zijn lineaire vorm, hoe leid je de cyclische vorm van het suiker af vanaf zijn lineaire vorm?
   -Welk soort basen zie je #purinesbasen/pyrimidinesbasen#?
   -Is er iets anders aan het molecule? Hoe zou het in zijn normale vorm voorkomen #in RNA#? # de nucleotiden waren via hun fosfaatgroepen aan elkaar gebonden ipv -OH van ribose#

2# Teken het volgende peptide Gln-Phe-Cys-Ala#

   Bijvraagjes
   -Wat voor peptide heb je hier?
   -Wat voor binding werd er gevormd?
   -Hoe zien de delen eruit bij een verschillende pH ?#kation-zwitterionstructuur-anion#
   -Zijn deze toestanden ook nog mogelijk in het uiteindelijke molecule? Zo ja, waar?
   -Welke technieken kan je gebruiken om de volgorde van de aminozuurresten te ontrafelen?

 

Schriftelijk

3. Teken het volgende triglyceride 1-linoleno-2-oleo-3-stearine.

4. Schets/teken een galzuur/-zout.

5. Teken alfa-lactose

6. Invulschema van mannose, fructose en isomaltose.

   #mono-di-poly- ? ; bindingen? ; basiscomponent? ; reducerend?#

7.Gegeven structuren zeg of het een vet,suiker,eiwit,nucleïnezuur is. Zeg van welke soort het is + geef zo goed mogelijk de juiste naam.

8. Wat zijn oligo-elementen? Criteria + min 1 voorbeeld.

9. Alfa-keratine? Voorkomen, structuur?

10. Wat zijn de bouwstenen van de glycoaminoglycanen? Functie?


11 juni

mondeling:

1) je kreeg een lang eiwit met 5 aminozuren in

- teken de verschillend delen en duid deze aan, je moest ook de drie letter code van de aminozuren kunnen geven

- hoe komt een pepitde binding tot stand en da ok kunnen tekenen en aanduiden in de structuur waar deze zich bevinden

- de naam van het eiwit kunnen geven

 

2) teken het dinucleotide CA zoals het voorkomt in RNA

- teken eerst al de bouwstenen

- teken hoe de binding tot stand komt

- teken het hele molecule

vraagjes: wat is het verschil met DNA, teken de fisher projectie van ribose en hoe komt dan een cyclische vorm tot stand, op welke koolstoffen gaat de binding gebeuren en dan is het een D of een L en hoe kun je dit zien

 

schriftelijk

1) teken 1oleo, 2linoleno, 3 palmitino en geef de bouwstenen en hoe de binding tot stand komt

2) teken de pyranose vorm da beta fructose

3) teken cholesterol

4) je krijgt 4 aminozuren bij naam en dan moet je de R groep geven en of het apolair, polair zuur of basich is

5) je krijgt 4 sructuren gevenen, aanduiden of deze tot de suikers, eiwiten,... behoren en zo goed mogelijk de naam ervan geven

6) leg uit

- bio-elementen

- beta keratine #structuur en eigenschappen

- LDL